23 december 2003

Groeten uit Chili

De afgelopen zeven weken hebben we Chili van noord tot zuid doorkruist en daarbij ook nog een stukje Argentinië en Paaseiland meegenomen. Hier volgen onze belevenissen.

REISROUTE
Arequipa - Arica - Putre - NP Lauca - Chuquicamata - San Pedro de Atacama - Antofagasta - Vicuña - Valparaíso - Santiago - RN Radal Siete Tazas - Pucón - NP Puyehue - Osorno - NP Chiloé - Puerto Montt - Bariloche (Arg) - NP Nahuel Hapi (Arg) - Comodoro Rivadivia (Arg) - Rio Gallegos (Arg) - El Chaltén (Arg) - NP Los Glaciares (Arg) - Puerto Natales - NP Torres del Paine - Punta Arenas - Vuurland - Paaseiland - Santiago

BELEVENISSEN
De grens tussen Peru en Chili passeerden we per bus. De grensformaliteiten verliepen redelijk vlot. Nederlanders hebben voor Chili geen visum nodig, maar krijgen bij binnenkomst automatisch toestemming om 90 dagen te blijven. Wel moest alle bagage door een röntgenapparaat omdat het verboden is om verse producten, zoals groente, fruit en vlees in te voeren. Zo´n strenge controle hadden we bij een landsgrens nog nooit meegemaakt. En daar bleef het niet bij, tijdens onze eerste nachtelijke busrit in noord Chili werden we ´s nachts maar liefst twee keer wakker gemaakt en moest iedereen de bus uit om z´n bagage te laten controleren (die vóór vertrek op het busstation ook al grondig gecontroleerd was).
De eerste plaats waar we in Chili kwamen was Arica en het viel ons meteen op dat Chili een stuk westerser is dan Peru: schone straten, huizen met bloemen in de tuinen, een winkelstraat met voetgangersgebied, informatievoorzieningen voor toeristen. Bovendien konden we weer kraanwater drinken.
Vanuit Arica gingen we naar NP Lauca, gelegen op een hoogvlakte op ruim 4000 meter. We kwamen van zeeniveau, dus overnachtten we eerst in Putre, een klein dorpje op 3500 meter, aan de rand van het park. Omdat we geen zin hadden in een georganiseerde tour en er geen openbaar vervoer in het park is, liftten we mee met een truckchauffeur die op weg was naar Bolivia. We lieten ons vlak voor de grens afzetten bij Lago Chungará, een prachtig felblauw meer, omgeven door sneeuwbedekte vulkanen van meer dan 6000 meter hoog. Op de vlakte graasden grote kuddes lama´s en vicuña´s. We liepen de rest van de dag door het fraaie landschap, met volle bepakking, want we waren van plan om in het park te overnachten.
Dit gesleep met een kleine 20 kilo per persoon bleek achteraf onnodig omdat we aan het eind van de dag een lift terug naar Putre aangeboden kregen van twee vriendelijke Duitse toeristen in het gelukkige bezit van een huurauto.Met een nachtbus gingen we naar Chuquicamata, waar we de grootste open kopermijn ter wereld bezochten. Koper is Chili´s belangrijkste exportproduct en een groot deel hiervan wordt in Chuquicamata gewonnen. De mijn bestaat uit een enorm gat in de grond (4.3 km lang, 3 km breed, 850 m diep), wat steeds verder wordt uitgegraven. Het meest indrukwekkend zijn de reusachtige vrachtwagens die af en aan rijden om de ore (koperhoudend gesteente) te vervoeren. De vrachtwagens zijn 12 meter hoog en kunnen 300 ton lading vervoeren. Hoe groot ze echt zijn, besef je pas als ze naast een personenauto rijden, die dan wel een speelgoedautootje lijkt.
Onze volgende stop was San Pedro de Atacama, een toeristisch plaatsje in de Atacama-woestijn, de droogste woestijn ter wereld. We huurden er mountainbikes en fietsten door het droge rotslandschap naar Quebrada del Diablo (Duivelskloof), een smalle kloof met steile, rode rotsen aan weerskanten. Over een smal, rotsachtig pad fietsten we een paar kilometer de kloof in, waarbij we af en toe moesten afstappen om onze fietsen over wat rotsen te tillen. Ook fietsten we naar de Valle de la Luna, waarbij we uitzicht hadden op de perfect gevormde vulkaan Licancábur (5916 m), die op de grens ligt met Bolivia en die we een paar jaar geleden al van de andere kant hadden bewonderd.
In de Maanvallei beklommen we een zandduin om uit te kijken over het aparte landschap met grillig gevormde rotsen, kraters en veelkleurig gesteente. Het fietsen over de onverharde, zandige wegen schoot niet erg op, zodat we ons bij zonsondergang nog ver van San Pedro bevonden, op fietsen zonder licht. Maar we hadden geluk, want het was volle maan. Het geluk was echter niet van lange duur, er was die avond namelijk net een complete maansverduistering, op zich spectaculair, maar nu moesten we alsnog op de tast verder fietsen.Met een georganiseerde tour bezochten we het El Tatio geiserveld, gelegen op de hoogvlakte, op 4300 meter.
Bij zonsopkomst liepen we tussen de borrelende, stomende en water spuitende geisers, waarbij we onze handen warmden aan de stoom, want het vroor nog behoorlijk. Om helemaal op te warmen, trotseerden we even de kou bij het uittrekken van onze kleren en plonsden vervolgens in een heetwaterbron.
In ruim 24 uur reisden we via Antofagasta, waar we al wachtend op een busaansluiting keken naar de zeeleeuwen en zeeschildpadden in de haven, naar Vicuña. Vicuña ligt zo´n 500 kilometer ten noorden van Santiago, in de Elqui Vallei. Voor het eerst sinds een hele tijd waren we weer in een frisgroen landschap met weiden, dennenbossen en wijngaarden. En om dit laatste staat de Elqui Vallei met name bekend. Hier wordt veel Pisco geproduceerd, de druivenbrandewijn die Chili´s populairste drank is en die onder andere gebruikt wordt om Pisco Sour te maken (wat wij ook in Peru al regelmatig hadden gedronken). In Vicuña bezochten we de Pisco-fabriek van Capel, waar we na de rondleiding diverse producten hebben geproefd, van dessertwijn tot Pisco Sour.
Iets anders waar de Elqui Vallei om bekend staat, is de heldere hemel, waardoor er veel internationale ruimte-observatoria gevestigd zijn. Eén van die sterrenwachten bezochten we. Door de telescopen zagen we de planeten Mars en Venus (zelfs 300x vergroot niet veel meer dan twee kleine, verlichte rondjes) en verschillende sterrenclusters met nummers in plaats van namen. Ook leerden we een aantal sterrenbeelden herkennen (“die diagonaal van sterren links onder die heldere ster is de staart van de schorpioen”). Helaas hebben we ze zelf nooit meer terug kunnen vinden.
Vervolgens reisden we in een dag door naar Valparaíso, een grote stad aan de kust. Hiervandaan maakten we een dagwandeling in de heuvels van NP La Campana en beklommen een 1880 m hoge berg (wat vanaf zeeniveau best een klim is). Het eerste stuk van de wandeling ging door het bos.
En terwijl we ons net hadden lopen afvragen of er in Chili nog bijzondere dieren voorkomen, zat het antwoord ineens midden op ons pad: een reusachtige vogelspin! Het was onze eerste ontmoeting met zo´n grote spin in het wild en nadat José, die voorop liep, van de eerste schrik bekomen was, maakte ze een mooie close-up foto. Het laatste uur naar de top klommen we met handen en voeten over grote rotsblokken. Eenmaal boven gekomen hadden we een prachtig uitzicht op de Pacific aan de ene kant en de langgerekte witbesneeuwde bergketen van de Andes aan de andere kant.
Minder prachtig was de vele graffiti die op de bergtop was aangebracht. Gelukkig werd onze aandacht al snel hiervan afgeleid door een condor die op ooghoogte voorbij kwam vliegen.
We maakten een korte stop in Chili´s hoofdstad Santiago, waar we, net als in Lima, op zoek moesten naar een reisgids, dit keer eentje met trektochten in Patagonië. Hoewel we slaagden, was het een moeizame zoektocht. Het blijft toch lastig dat dit soort reisgidsen alleen in de hoofdsteden te vinden is en zelfs daar slechts sporadisch.
Het deel van Chili ten zuiden van Santiago leent zich vooral voor het maken van wandelingen en trektochten en dat hebben wij dan ook gedaan, in totaal zeven stuks, in lengte variërend van één tot vijf dagen.
De eerste wandeling maakten we naar de watervallen van Radal Siete Tazas. Omdat de bus onverwacht in een dorpje 10 kilometer voor de ingang van het park stopte, werd de wandeling 20 kilometer langer dan gepland. Bovendien regende het de hele dag, onze eerste regendag sinds lange tijd (en het zou niet de laatste zijn).
De tweede wandeling maakten we in NP Huerquehue, in de buurt van Pucón, een leuk, toeristisch plaatsje in Chili´s Lake District, gelegen aan de voet van een besneeuwde vulkaan. Deze wandeling ging door bos, langs watervallen en meren en kenmerkte zich vooral door enkeldiepe modder op het gehele traject.
Daarna reisden we verder naar NP Puyehue, waar we een driedaagse wandeling hadden gepland over een vulkaan, door een geothermisch actief gebied. Toen we bij de ingang van het park aankwamen, begon het net te regenen. De parkwachter was nogal verbaasd dat wij toch wilden kamperen terwijl er ook een jeugdherberg was. We zetten onze tent op op een leuke plek in het bos. Het bleef regenen en om 10 uur ´s avonds, toen wij al lang in onze slaapzakken lagen, werd er plotseling aan onze tent geklopt. In de stromende regen stond de bezorgde parkwachter die kwam informeren of we nog wel droog lagen en of we niet alsnog in de jeugdherberg wilden slapen. We bedankten hem vriendelijk en hielden het in de tent gelukkig droog die nacht. De volgende ochtend regende het nog steeds, maar we besloten toch maar aan de wandeling te beginnen. We klommen omhoog de vulkaan op door gematigd regenwoud (die regen was dus niet zo verwonderlijk) en bereikten na een aantal uren klimmen een eenvoudige, onbemande berghut op de boomgrens, tevens de sneeuwgrens én de wolkengrens (de onderkant helaas).
In de hut troffen we negen andere, gestrande wandelaars en toen we de verhalen van de anderen gehoord hadden (op 100 meter van de hut gekampeerd omdat de hut in de dichte mist onvindbaar was geweest, het pad kwijtgeraakt in de mist en urenlang rondgedwaald en daarbij tot het middel in de sneeuw gezakt) besloten wij om ook te wachten op een weersverbetering. In de hut was het erg gezellig met een vuurtje in de houtkachel en in totaal elf toeristen uit zeven verschillende landen. Toen het weer de volgende middag nog steeds niet was opgeklaard, besloten wij, net als de meeste anderen, weer af te dalen. Deze anderen hebben we overigens stuk voor stuk nog teruggezien tijdens latere trektochten, wat steeds weer erg gezellig was. Veel mensen die in Zuid Amerika rondreizen zijn ook voor langere tijd onderweg en omdat vrijwel iedereen grofweg dezelfde route volgt, kom je wel vaker ‘oude bekenden’ tegen, iets wat altijd leuk is tijdens een reis.
Onze volgende wandeling maakten we op het eiland Chiloé. Tijdens de korte overtocht naar het eiland zagen we vanaf de veerboot zeeleeuwen, pinguïns, dolfijnen, pelikanen en albatrossen. De tweedaagse wandeling liep langs de kust, zowel over het strand als over kliffen, door duinen en door een rivier. We kampeerden op een mooi strandje en maakten ´s avonds een kampvuur van drijfhout. En hoewel ook Chiloé niet bekend staat om z´n goede weer, was het de eerste dag droog en vaak zelfs zonnig. De tweede dag echter regende het zeer regelmatig en een strand biedt dan weinig beschutting. Daarom besloten we dat we onze volgende trektocht in Argentinië zouden lopen, wat aan de andere kant van de Andes ligt, in de regenschaduw en daardoor een grotere kans biedt op mooi weer.
En inderdaad, toen we na een busrit van zeven uur in Bariloche aankwamen, scheen de zon volop. Bariloche is een bekende Argentijnse vakantieplaats, ´s zomers om te wandelen en ´s winters om te skiën, en ligt prachtig, aan een blauw meer met op de voorgrond felgeel bloeiende brem en op de achtergrond witte bergtoppen. Omdat we geen reisgids hadden van Argentinië wisten we niet dat de plaats bekend staat om z´n lekkere chocola, maar daar kwamen we al snel achter. Gelukkig hadden we wat te vieren, een goed excuus om binnen een week meer dan een kilo chocola op te eten. Om dit overtollige vet weer kwijt te raken, werd het tijd voor een volgende wandeling, die we maakten in NP Nahuel Huapi. 
We planden een driedaagse wandeling en liepen door een Zwitsers aandoend landschap. De eerste nacht kampeerden we aan een meer, net boven de boomgrens en net onder de sneeuwgrens, achter een windscherm van gestapelde stenen, wat geen overbodige luxe was. De tweede dag klommen we nog een stuk door de sneeuw omhoog, maar we moesten terugkeren omdat het weer snel slechter werd (waarvoor waren we ook alweer naar Argentinië gegaan?). Toen we aan het eind van de middag in Bariloche terugkeerden, scheen de zon weer volop. Als troost namen we nog maar wat chocola...
Het zuidelijkste deel van Chili, Patagonië, is niet overland door Chili te bereiken omdat er vanwege de vele fjorden en bergen geen doorgaande wegen zijn. Er zijn drie opties: 1. met de boot (langzaam en duur), 2. vliegen (snel en duur), 3. met de bus door Argentinië (langzaam en goedkoper). Wij kozen voor de laatste optie en het werd een busrit van bijna 40 uur in vijf etappes. We moesten via Argentinië´s oostkust (!) reizen omdat ook in de Argentijnse Andes geen bruikbare wegen lopen.
Vlak voor de Chileense grens maakten we een tussenstop in Argentinië´s bekendste Nationale Park, Los Glaciares, om daar een driedaagse trektocht te maken. Zoals de naam al doet vermoeden, zagen we er indrukwekkende gletsjers. We kampeerden bij één ervan en de hele nacht leek het wel te onweren door de grote brokken ijs die met veel lawaai van de gletsjer afknapten. Toen we de volgende ochtend aan de oever van het gletsjermeer zaten, zagen we een enorme brok ijs ongeveer twee kilometer verderop in het meer plonzen. Dit veroorzaakte zo´n grote golf dat de waterspiegel aan onze kant van het meer ruim een meter steeg.
Aan de overkant van de grens ligt Chili´s bekendste Nationale Park, Torres del Paine, een indrukwekkend bergmassief dat oprijst uit de vlakte. Hier maakten we een vijfdaagse trektocht. We zagen de Torres (torens, drie hoge, loodrechte, granieten rotspieken), de Cuernos (hoorns, schijnbaar krommende bergen met een lichtgrijze basis en donkere toppen), een grote gletsjer met een gletsjermeer vol ijsbergen, veel bloemen en felblauwe meren. Ook leefden er bijzondere dieren zoals condors, guanaco´s (lama-achtigen) en nandoes (soort struisvogel). 
We hadden veel geluk met het weer, dit kan namelijk erg slecht zijn in Torres del Paine. Op alle uitzichtpunten hadden we redelijk zicht, alleen de Torres hebben we tussen de wolken door gezien. En terwijl we wachtten in de hoop dat het nog zou opklaren, kwamen we in een sneeuwstorm terecht. Het waait vrijwel altijd in Patagonië en vaak hard, maar de kampeerplekken liggen meestal beschut en als dit niet het geval is, zijn er windschermen geplaatst waar je je tent achter kunt zetten.Via Puerto Natales reisden we naar Punta Arenas, de zuidelijkste stad op Chili´s vasteland, waarvandaan we vijf dagen later terug zouden vliegen naar Santiago. Bij het bevestigen van onze vlucht bleek echter de inkt van twee van onze tickets volledig te zijn verdwenen. 
Dit was toch wel een probleem, vooral ook omdat de boeking van juist deze vlucht op wonderbaarlijke wijze uit de computer was verdwenen. Maar na een aantal bezoekjes aan Lan Chile, flink wat telefoontjes van Lan Chile binnen Punta Arenas en naar Santiago én een paar mailtjes van ons naar ons reisbureau in Amsterdam, mochten we uiteindelijk toch met een blanco ticket vertrekken.
Tussen de bedrijven door bezochten we nog een pinguïn-kolonie en namen de boot naar Vuurland, omdat we deze uithoek van de wereld niet wilden missen.
Via Santiago vlogen we vervolgens naar een andere uithoek, Paaseiland, volgens onze reisgids zelfs een van de meest afgelegen plekken ter wereld omdat het dichtstbijzijnde eiland 1900 kilometer verderop ligt en het dichtstbijzijnde vasteland, Zuid Amerika, 3700 kilometer. Het kleine eiland, ongeveer ter grootte van Texel, is vulkanisch van oorsprong en subtropisch, wat wij helemaal niet erg vonden na het koude zuiden van Chili. 
Het is vooral bekend vanwege z´n grote, mysterieuze, stenen beelden, moai, die verspreid staan langs de kust. Sommige beelden zijn meer dan tien meter hoog en wegen zo´n vijftig ton. Waarom de beelden zijn gemaakt en hoe ze verplaatst zijn over afstanden van vele kilometers, is onbekend. Om de beelden te bekijken, huurden we fietsen en fietsten rond het eiland. Regelmatig stonden er rijtjes beelden, maar even regelmatig lagen ze ook naast hun voetstuk. We fietsten naar de vulkaan met de steengroeve waar alle beelden zijn uitgehakt. Daar zijn nog vele beelden te zien in alle stadia van productie. Overal op de berg zie je bovendien hoofden uit het zand steken van beelden die al af waren en op weg naar hun eindbestemming, erg indrukwekkend. 
In het noorden van het eiland vonden we een perfect strandje: wit zand, palmbomen en een turquoise Stille Oceaan, waarin we een verfrissende duik namen. De nachten op het eiland brachten we door in onze tent in een mooie, tropische tuin vol bloemen, maar gelegen aan de startbaan van het vliegveld, die gelukkig maar enkele keren per week gebruikt wordt.
En nu zijn we terug in Santiago, waar we de laatste twee dagen van ons verblijf in Chili besteden aan dit reisverslag.

HET WEER
Chili is van noord naar zuid zo´n 4300 kilometer lang en kent daardoor grote verschillen in klimaat. Het noorden is woestijnachtig en zeer droog, maar niet extreem warm, zo´n 25°C. In de rest van Chili is het nu voorjaar. Dit betekent voor het gebied rond Santiago ook zo´n 25°C. Wat zuidelijker, in het Lake District, is het koeler, zo´n 15°C en hier valt het hele jaar door veel neerslag, nu regen, ´s winters sneeuw. Nog verder naar het zuiden, in Patagonië, is het zelden warmer dan 10°C, wat nog kouder aanvoelt doordat het in deze tijd van het jaar hard waait. Ook is het weer er zeer wisselvallig. Paaseiland was heerlijk warm, 25 tot 30°C en overwegend zonnig.

BEVOLKING
Chili heeft ongeveer evenveel inwoners als Nederland en het grootste deel is oorspronkelijk van Spaanse afkomst. De mensen hier en in Argentinië zien er erg Europees uit, waardoor je als toerist minder opvalt, als je tenminste rugzak, reisgids en fototoestel thuis laat. De mensen zijn erg vriendelijk en behulpzaam, ze praten alleen erg snel, maar voor matig Spaans sprekende toeristen nemen ze alle tijd om het nog een (paar) keer rustiger te herhalen.
Het grootste deel van de bevolking van Paaseiland is van Polynesische afkomst. Naast Spaans spreken zij Rapanui, een Polynesisch dialect.

VAN DE MENUKAART
Wij hebben in Chili veel zelf gekookt, wat we voor de afwisseling erg leuk vonden. Het was ook gemakkelijk omdat er veel goedvoorziene supermarkten zijn en veel hostels met gebruik van keuken. En tijdens het kamperen hadden we natuurlijk ons eigen brandertje en onze ene pan. Als lunch kochten we wel eens een empanada, een deegflapje gevuld met groente, kaas of vlees, maar meestal kochten we gewoon broodjes en kaas. Een paar keer hebben we vis gegeten en in Argentinië moesten we natuurlijk wel een steakhouse proberen. De nationale drank in Argentinië is Yerba Mate, een soort sterke, groene thee die je drinkt door een metalen rietje met aan de onderkant een filter om te voorkomen dat je alleen maar blaadjes drinkt. Wij hebben dit wel geprobeerd, maar we kregen weinig thee binnen omdat het filter steeds verstopt raakte. Chili´s nationale drank is, zoals eerder gezegd, Pisco Sour, maar wij hebben vooral genoten van de goede en goedkope Chileense wijn.

KOSTEN
Chili is één van de duurste landen van Zuid Amerika. Tot een aantal jaar geleden was Argentinië nog duurder, maar sinds de economische crisis is het land voor toeristen een stuk goedkoper geworden. Wij hebben van dit laatste niet veel gemerkt omdat we alleen in het toch al dure Patagonië geweest zijn. Paaseiland is nog duurder dan Chili´s vasteland omdat alles per boot of vliegtuig moet worden aangevoerd.
Toch hebben wij de kosten in de hand weten te houden door zoveel mogelijk te kamperen en vaak zelf te koken.
Een aantal prijsvoorbeelden:
- goedkope hotelkamer: € 5 -7 p.p.
- kampeerplaats: gratis - € 5 p.p.
- goedkope warme maaltijd: € 3 - 5
- busreis: € 1 - 3 p.p. per uur

STEMMING
Chili is één van de veiligste landen van Zuid Amerika, wat wij na Ecuador en Peru prettig vonden: bij het inladen van bagage in een bus hoefden we niet bang te zijn dat deze er aan de andere kant weer werd uitgeladen, we konden onze waardevolle spullen weer bij ons dragen en voelden ons ook ´s avonds op straat veilig.
Ons reistempo lag nog onverminderd hoog en steeds hadden we het gevoel dat we door moesten omdat we tijd tekort zouden komen. Dit was niet altijd leuk, maar het lukte ons maar moeilijk om van onze drukke planning af te wijken.
Sinterklaas hebben wij een jaartje overgeslagen, in tegenstelling tot de vorige reis hadden we daar nu niet zo´n behoefte aan en er is hier natuurlijk ook niets wat aan Sinterklaas doet denken (al hebben we wel een gedicht van de Sint ontvangen waaruit bleek dat er misschien in Nieuw Zeeland wel een pakje op ons ligt te wachten, dus wie weet gaan we het toch nog een beetje vieren dit jaar...). Dat de Kerst nadert, merken we hier al wel een hele tijd aan de vele kunstkerstbomen, zonder uitzondering voorzien van gekleurde, knipperende lampjes. Al blijft het voor ons moeilijk om in een kerstsfeer te komen met bloeiende voorjaarsbloemen, lange dagen en vooral de laatste week weer hoge temperaturen.
Zuid Amerika zit er voor ons alweer bijna op, de vier maanden hier zijn voorbij gevlogen. We vinden het jammer om hier al weg te gaan, want er zijn nog veel dingen op dit continent die we graag hadden willen zien en doen, maar waarvoor we nu geen tijd hadden (een volgende keer beter?).

WIST U DAT...

  • in een supermarkt in Arequipa de verpakkingen van chips met een speld worden lek geprikt om ze beter in de schappen te laten passen?
  • de koelingen in de supermarkt van San Pedro ´s nachts uitgezet worden?
  • de doorloop bij de kassa´s in supermarkten vaak erg slecht is?
  • dit komt omdat veel Chilenen meer in hun kar laden dan in hun portemonnee?
  • er in Ecuador bij een mislukte pin-poging toch geld was afgeboekt van onze rekening?
  • we dit enkele mailtjes en drie maanden later gelukkig terug hebben gekregen?
  • we in de berghut op Puyehue van twee Spaanse toeristen hoorden dat het uitzicht vanaf de Grote Kerk in Naarden erg mooi is?
  • wij bij terugkomst in Nederland ook die beklimming maar eens gaan maken?
  • de vuilniszakken hier in grote manden op palen aan de straat worden gezet om te voorkomen dat ze verscheurd worden door straathonden?
  • Ecuador en Peru hier nog wat van kunnen leren?
  • toen we in het steakhouse in Argentinië vroegen wat het verschil is tussen 'bife de chorizo' en 'bife de lomo', de ober vervolgens met twee enorme stukken rauwe koe naar onze tafel kwam om dit duidelijk te maken?
  • het dertig euro kost om één kilo boeken per post naar Nederland te versturen?
  • wij hopen dat Ine en Jacco (die we in Nieuw Zeeland treffen) nog wat ruimte over hebben in hun bagage?
  • wij Eerste Kerstdag volledig missen dit jaar omdat we op 24 december over de datumgrens vliegen?
  • we desondanks jullie allemaal wel een hele gezellige Eerste Kerstdag toewensen?

PLANNING
Op Kerstavond vliegen we naar Nieuw Zeeland, waar we een auto gehuurd hebben waarmee we zo´n zeven weken gaan rondtrekken op zowel het Noord- als het Zuideiland.


Feliz Navidad vanuit Chili,

Gerbert en José