13 februari 2004

Groeten uit Nieuw-Zeeland

Tijdens onze vorige reis, drie jaar geleden, zijn we ook al zes weken in Nieuw-Zeeland geweest. Dit was ons zo goed bevallen en er was nog zoveel dat we graag wilden zien en doen, dat we voor dit prachtige land nu zeven weken hadden uitgetrokken. En zelfs na dertien weken zijn we nog lang niet uitgekeken, zodat we onszelf de afgelopen weken regelmatig “volgende keer beter” hebben horen zeggen.

REISROUTE
Santiago - Auckland - Coromandel - Auckland - Trounson kauri forest - 90 mile beach/Cape Reinga - Bay of Islands - Auckland - Rotorua - Tongariro NP - Mt. Taranaki - Wanganui - Wellington - Picton - Westport - Arthur’s Pass - Fox Glacier - Wanaka - Glenorchy - Rees-Dart trek - Queenstown - Te Anau - Milford Sound - Kepler trek - Catlins - Dunedin - Alexandra - Mt. Cook - Arthur’s Pass - Christchurch

BELEVENISSEN
Op Kerstavond vertrokken we met Lan Chile vanuit Santiago. We hadden gehoopt op een vlucht in kerstsfeer en het begon goed, want bij het instappen zagen we dat beide piloten in de cockpit een kerstmuts op hadden. Helaas bleef het hierbij, maar gelukkig hadden wijzelf met veel moeite in de kerstdrukte van Santiago op de valreep nog een mini-kerstboompje kunnen vinden. Dit 20 cm hoge boompje vóór ons op het opklaptafeltje gaf ons toch nog een kerstgevoel. Ook de stewardessen waren enthousiast over deze enige kerstboom in het vliegtuig. Het was een vlucht van ruim 13 uur, waarbij we de datumgrens passeerden en dus op 26 december om 4 uur 's ochtends in Auckland aankwamen.
Zuinig als Nieuw-Zeeland is op z'n natuur, is het erg kritisch op potentieel gevaarlijke goederen die het land binnenkomen. Wij hadden bij de douane dan ook van alles aan te geven: levensmiddelen (melkpoeder en pinda's uit Chili), schelpen (de kettingen die we bij het afscheid op Paaseiland hadden gekregen), hout (het voetje van onze kunstkerstboom), bergschoenen (die na inspectie van de onderkant schoon genoeg werden bevonden) en een tent (waarvan de haringen en de onderkant werden schoongemaakt, maar het modderige, losse grondzeil gek genoeg werd vergeten).
Om 7 uur konden we, vlakbij het vliegveld, onze huurauto ophalen. Deze hadden we al maanden tevoren vanuit Nederland via Internet gereserveerd, wat wel nodig was omdat we midden in het hoogseizoen zaten. Zelfs toen konden we al niet meer de kleine auto huren die we graag gehad hadden, dus kregen we een, voor ons erg luxe, Toyota Corolla mee. Om ons de goede weg Auckland uit te wijzen, vroeg de verhuurder ons waar we als eerste naartoe gingen en hij was erg verbaasd toen we zeiden: de Domestic Terminal.
Daar zouden we namelijk Ine en Jacco ophalen die vanuit Christchurch kwamen vliegen en waarmee we hadden afgesproken dat we de laatste twee dagen van hun Nieuw-Zeeland vakantie samen zouden doorbrengen.
Het was erg leuk om elkaar weer te zien en we besloten naar de Coromandel te gaan, een schiereiland op zo'n twee uur rijden van Auckland. Bij een strandje vonden we een leuke camping, die beheerd werd door de Department of Conservation (DoC). Deze organisatie beheert natuurgebieden in heel Nieuw-Zeeland met daarin eenvoudige campings, vaak met als enige voorziening een 'gat-in-de-grond' toilet. Onze camping in de Coromandel had daarnaast een koude douche, die altijd nog een paar graden warmer was dan het zeewater, zoals wij aan den lijve ondervonden. We maakten een mooie dagwandeling naar een baai een stuk verderop. De heenweg ging langs de kust, over kliffen en door stukken bos met varenbomen, terug liepen we door het heuvelachtige binnenland. Tijdens de avonduren kletsten we gezellig bij onder het genot van een kaasfondue op een campingbrandertje en een Indiaas etentje in een restaurant (bedankt, Ine en Jacco!). Veel te snel was het alweer tijd om terug te rijden naar Auckland, waar we Ine en Jacco mét een deel van onze overtollige bagage afzetten op het vliegveld.
Wij bleven zelf nog een paar dagen in Auckland, want we moesten onder andere een nieuwe tent kopen omdat de rits van onze oude tent kapot was gegaan (erg onhandig in de regen). Ook moesten we een pakketje met reisgidsen ophalen wat we ons Poste-Restante hadden laten toesturen vanuit Nederland, plus een pakje van Sinterklaas met chocoladeletters en pepernoten én een foto van Sinterklaas in bikini (bedankt, Sinterklazen!).Vanuit Auckland gingen we naar het noorden, de provincie Northland in, die we de vorige keer hadden overgeslagen. Via een Jan-van-Genten kolonie reden we op Oudjaarsdag naar een camping aan de westkust.
Toevallig passeerden we een 'Dutch deli', waar we tussen de Delftsblauwe tegeltjes en AH-huiswijn een pak oliebollenmix vonden. En zo kwam het dat we 's middags op een DoC-camping oliebollen stonden te bakken. De camping lag afgelegen en was erg rustig. 's Nachts om 12 uur was het enige geluid dat we hoorden het knallen van onze champagnekurk en het enige vuurwerk dat we zagen een vallende ster.
De camping lag aan de rand van een kauribos. Kauri's zijn bomen die ooit veel voorkwamen in noord Nieuw-Zeeland, maar die in de vorige eeuw vrijwel allemaal gekapt zijn. De bomen die gespaard zijn gebleven, zijn beschermd. Sommige zijn maar liefst 2000 jaar oud en hebben een omtrek van zo'n 15 meter, erg indrukwekkend om tussen te lopen.

We hadden gelezen dat er in dit kauribos ook kiwi's voorkwamen. Hoewel deze vogels een symbool zijn voor Nieuw-Zeeland, zijn ze erg zeldzaam, schuw en moeilijk te zien omdat ze alleen 's nachts actief zijn. Maar het zien van een kiwi stond hoog op ons verlanglijstje, dus gingen we 's nachts het bos in. Het bos was erg donker en om de kiwi's niet te verjagen, lieten we onze zaklampen uit. Gelukkig werd het pad hier en daar verlicht door wat glimwormen, heel sprookjesachtig. Af en toe hoorden we wel een kiwi roepen, maar nooit in onze buurt. Daarom liepen we steeds een stukje verder en stopten we van tijd tot tijd om te luisteren of we niet een kiwi hoorden scharrelen tussen de droge bladeren. En na anderhalf uur hoorden we plotseling iets vanuit het bos op ons afkomen. Naar de hoeveelheid lawaai te oordelen, kon het wel een mens zijn. We stonden doodstil en toen het geluid op ons pad arriveerde, knipten we allebei tegelijk onze zaklamp aan. Even leek het pad leeg, maar toen zagen we achter een boom vandaan het kopje en de lange snavel van een kiwi tevoorschijn komen! De vogel schrok wel een beetje van het licht en liep van het pad af, maar bleef daar een paar minuten rustig zitten, zodat we hem goed konden bekijken. Daarna scharrelde hij weer verder het bos in. Een beter begin van het nieuwe jaar hadden we ons haast niet kunnen wensen!
In het noordelijkste puntje van Northland maakten we een driedaagse wandeling over een stukje 90-mile beach en langs de vuurtoren van Cape Reinga. We kampeerden met z'n tweeën op een verlaten strand en kwamen onderweg geen andere rugzak-wandelaars tegen.
Daarna reden we via de Bay of Islands terug naar Auckland, waar we weer een paar dagen bleven, nu om Gerbert's bergschoenen te laten repareren.
Nieuw-Zeeland's Noord Eiland staat bekend om z'n vulkanische activiteit en omdat we dit altijd weer bijzonder vinden om te zien, gingen we naar Rotorua, een plaats in een geothermisch actief gebied. We bezochten er Orakei Korako, de verborgen vallei, en liepen er tussen de kokende modderpoelen, spuitende geisers, warmwaterstroompjes en witte kalkvlaktes met felblauwe poeltjes en minerale afzettingen in oranje, geel, rood en groen, een kleurig geheel.
In Tongariro NP maakten we een dagwandeling naar twee bergmeertjes die tussen de vulkanen van het park lagen.
En bij Mt. Taranaki, aan de westkust, maakten we een tweedaagse wandeling over de flanken van deze vulkaan. Dit gebied staat bekend om z'n slechte weer, maar na een dag lopen in de stromende regen, klaarde het 's avonds op, waardoor we vanuit onze tent een prachtig uitzicht hadden op de perfect kegelvormige vulkaan met z'n besneeuwde top.
De tweede dag ging overigens over een zeer slecht pad, een steile, smalle modderglijbaan, waarbij we ons anderhalf uur lang aan gras en struikgewas moesten vastgrijpen om niet weg te glijden.
Langs de westkust reden we vervolgens naar Wellington, Nieuw-Zeeland's hoofdstad, waar we weer eens een paar uur konden internetten, iets wat op afgelegen campings en in kleine plaatsjes vaak onmogelijk of onbetaalbaar is.
Wij en onze auto namen een veerboot naar het Zuid Eiland, een overtocht van drie uur, waarvan het laatste stuk door de Sounds gaat, een soort fjordengebied. We stonden op het voordek van de boot en zagen plotseling een groep van wel 15 dolfijnen met grote sprongen naar de boot toekomen en een tijdje in de boeggolf meezwemmen.


Op het Zuid Eiland is het aantal wegen beperkt, waardoor we min of meer hetzelfde rondje hebben gereden als de vorige keer. We hadden toen al een aantal 'Great Walks' gelopen, de meest populaire meerdaagse wandelingen, waarvan je sommigen in het hoogseizoen ruim van tevoren moet boeken omdat er maar een beperkt aantal mensen wordt toegelaten. Deze keer wilden we vooral een paar wat rustiger wandelingen maken. We lieten dus de Abel Tasman trek, Nieuw-Zeeland's bekendste wandeling, rechts liggen en reden via de pancakerocks en blowholes van Punakaiki naar Arthur's Pass. Het regende daar alleen zo hard dat we niet aan wandelen moesten denken, dus reden we onverrichter zake terug naar de westkust, waar de strakblauwe lucht en het zonnetje ons weer toelachten. Perfect weer om de gletsjers te bekijken. 's Ochtends vroeg maakten we een wandelingetje rond Lake Matheson en vanaf Reflection Island zagen we Mt. Cook en Mt. Tasman prachtig spiegelen in het meer.
We vervolgden onze weg over de Haastpas naar Wanaka. Omdat het nog steeds mooi weer was, beklommen we Mt. Roy en na ruim 1200 meter klimmen hadden we een prachtig uitzicht over Lake Wanaka en de bergen van Mt. Aspiring NP.

De volgende dag maakten we een wat kortere wandeling door het 3D-doolhof van de Puzzling World. Het lukte ons deze keer wel om alle vier de hoekpunten in de juiste volgorde te bezoeken en daarna de uitgang terug te vinden (dit laatste was ons de vorige keer overigens wel gelukt). De rest van de dag vermaakten we ons prima in de gezichtsbedrog-ruimtes en met het uitproberen van allerlei puzzels.
Vervolgens reden we naar Glenorchy, waar we de vierdaagse Rees-Dart trek wilden lopen. Een nadeel van de treks in Nieuw-Zeeland is wel dat het zelden rondjes zijn en dat vrijwel altijd wordt afgeraden om je auto op afgelegen parkeerplaatsen aan het begin- of eindpunt te zetten vanwege auto-inbraken. Dit betekent óf duur transport nemen óf een heel stuk extra lopen over de weg. Meestal kiezen we voor dit laatste, maar voor de Dart-vallei was dat niet mogelijk omdat een deel van het pad onlangs in de rivier gespoeld was. Alleen een jetboat kon je hieromheen varen naar het beginpunt van de wandeling.

Onze route liep heen langs de Dart-rivier en via een alpine pas naar de Rees-vallei. De eerste dag liepen we regelmatig over open grasvlaktes langs de rivier en hadden we prachtige uitzichten op de vele witte toppen om ons heen. De tweede dag was het wat regenachtig, maar dat was niet zo erg omdat we vooral door het bos liepen. Voor de derde en de vierde dag was er goed weer voorspeld, maar helaas, toen we uit onze tent stapten hing alles in de wolken. We klommen in twee uur naar de pas, door ongetwijfeld mooi berglandschap, waarvan we niets hebben gezien. Ook de pas zelf hing in een dichte mist en op de afdaling begon het bovendien te regenen, om de hele dag niet meer droog te worden. Deze regen had ook z'n uitwerking op de vierde dag, waarbij we door een grote grasvlakte moesten lopen die veranderd was in een soort moeras. Regelmatig stonden we bijna tot onze knieën in de modder. Een voordeel was wel dat onze schoenen zo doorweekt waren dat we nu gewoon met schoenen aan de diverse zijriviertjes konden doorwaden.
Via Queenstown reden we naar Te Anau, waarvandaan we een dagje naar Milford Sound gingen. Dit is het regenachtigste gebied van Nieuw-Zeeland (zo'n 8000 mm per jaar) en dat hebben we gemerkt. Gelukkig hadden we de bekende Mitre Peak (een steile berg die oprijst uit de fjord) de vorige keer al gezien, want nu was hij vrijwel geheel in wolken gehuld.


In de omgeving van Te Anau wilden we de Kepler trek lopen, een Great Walk, die we dus al een week daarvoor hadden moeten boeken. Daar hadden we later wel spijt van, want de weersverwachting was ronduit slecht en onze loopdagen lang (we wilden de vierdaagse wandeling in ruim twee dagen lopen omdat er maar op twee plaatsen gekampeerd mag worden, waarvan er één op een uur lopen vanaf het beginpunt ligt). Gelukkig viel het dit keer allemaal mee. We hebben nauwelijks regen gehad en zelfs af en toe zon. En tussen de wolken door hebben we ook nog wat van de uitzichten gezien.
Na deze trek zijn we verder naar het zuiden gereden, naar Clinton, waar we met Marion hadden afgesproken, die ook op wereldreis is en die we al een jaar niet gezien hadden.
We hadden dus heel wat bij te praten en ervaringen uit te wisselen.
Samen hebben we een dag door de Catlins gereden, de zuidkust van het Zuid Eiland. Vanuit een schuilhut zagen we yellow-eyed pinguïns aan land komen, zich even uitschudden, over het strand waggelen en vervolgens tegen een heuvel ophoppen naar hun nesten, geweldig! Ook hebben we vanaf Nugget Point veel zeeleeuwen en zeehonden gezien. Met z'n drieën kampeerden we op een kleine camping die we voor ons alleen hadden en waar we nog tot diep in de nacht gezellig hebben zitten kletsen. Daarna gingen we ieder weer onze eigen weg, Marion naar de westkust, wij naar Dunedin aan de oostkust.
Vanuit Dunedin reden we het binnenland in, naar Alexandra. Daar hebben we mountainbikes gehuurd en een stuk gefietst van de Otago rail trail, een oude spoorlijn die is omgebouwd tot fiets-/wandelpad.

De route was onverhard, erg rustig en af en toe kwamen we over spoorbruggen en door donkere tunnels. Het was een heel ander Nieuw-Zeeland dan we tot dan toe hadden gezien, droog en rotsachtig en de mooie kloof waar we doorheen fietsten, deed ons eerder aan woestijnlanden denken. En het was vooral ook leuk om weer eens te fietsen. In Nieuw-Zeeland kom je namelijk heel veel vakantiefietsers tegen, waardoor we onszelf vaak afvroegen hoe het zou zijn om hier te fietsen.
Met de auto reden we hierna naar Mt. Cook, met 3754 meter Nieuw-Zeeland's hoogste berg. Een paar jaar geleden hadden we al een poging gewaagd om deze berg van de oostkant te bekijken, maar na twee dagen stromende regen zijn we toen onverrichter zake vertrokken. Dit keer hadden we meer geluk, na een dag regen kwam de berg 's avonds uit de wolken tevoorschijn en de volgende dag hadden we stralend weer.
We maakten een dagwandeling naar Mueller hut, midden tussen de hoge bergen met witte toppen en gletsjers, die prachtig afstaken tegen de blauwe lucht. We hadden het gevoel dat we een dagje in Zwitserland waren. 
We besloten ook Arthur's Pass nog een herkansing te geven en opnieuw hadden we nu geluk. We liepen de tweedaagse Cass-Lagoon saddle trek en hadden goed weer. Zoals de naam al zegt, gaat de trek over twee zadels die boven de boomgrens liggen, maar daarnaast ook door bossen en rivierdalen. Regelmatig moesten de rivieren gekruist worden en de waterstand was hoog: schoenen uit en waden dus. Dit was geen pretje in het koude, snelstromende water over de vele scherpe stenen en bij elke teen die we stootten, wisten we zeker: die Teva's (sportsandalen) vergeten we nooit meer.
En nu zijn we in Christchurch, een erg Engelse stad met punters in een riviertje en veel parken, onze eindbestemming in Nieuw-Zeeland. We hebben hier nog een paar dagen de tijd voor internetten en, alweer, het laten repareren van onze bergschoenen.

HET WEER
In Nieuw-Zeeland is het nu zomer. Op het Noord Eiland hebben we over het algemeen heerlijk weer gehad, gemiddeld zo'n 25°C en vrij veel zon. Op het Zuid Eiland was het iets kouder, ruim 20°C in het noorden en zo'n 15°C in het zuiden. Het weer in Nieuw-Zeeland is wel erg wisselvallig en wordt vooral bepaald door de windrichting. Meestal is die westelijk, waardoor vochtige zeelucht wordt aangevoerd die aan de westkust voor veel regen zorgt. De oostkust is een heel stuk droger. Helaas liggen ook veel mooie wandelingen in de berggebieden in het westen. En daar hebben wij dan ook regelmatig regen gehad. Desondanks hebben we vrijwel elke dag heerlijk in een korte broek gelopen.

BEVOLKING
Nieuw-Zeeland heeft ongeveer 4 miljoen inwoners, waarvan een groot deel oorspronkelijk van Europese afkomst is. Vooral de Engelse invloed is duidelijk merkbaar. De mensen zijn Engels beleefd, maar opener en erg vriendelijk.
De oorspronkelijke bewoners van Nieuw-Zeeland zijn de Maori's. Zij wonen vooral op het Noord Eiland en zijn redelijk geïntegreerd in de samenleving. De laatste jaren probeert een deel van de Maori's wel meer de eigen Polynesische cultuur in leven te houden, iets wat door de overheid wordt aangemoedigd.

VAN DE MENUKAART
Afgezien van af en toe een 'fish and chips' hebben we vrijwel altijd zelf gekookt, iets wat we helemaal niet erg vonden. Het aanbod in de supermarkten is erg groot en de kwaliteit was aanzienlijk beter dan we in Zuid Amerika gewend waren, vooral wat betreft groente en fruit. Alleen voor kiwi's was het niet het goede seizoen, die werden nu uit Italië geïmporteerd.
Als ontbijt aten we meestal muesli met melk (van melkpoeder), gemakkelijk tijdens het kamperen. Als lunch kochten we vaak één van de vele lekkere broodsoorten met daarin bijvoorbeeld kruiden, kaas, zongedroogde tomaten of pesto. Of gewoon bruine broodjes met Edam-kaas, heerlijk! Ook bij de koffie was er voldoende keus, maar meestal kwamen we uit op één van de vele soorten lekkere muffins. Als avondeten hadden we, in tegenstelling tot in zuid Amerika, weer veel keus uit Aziatische producten. We kookten erg afwisselend en niet heel anders dan thuis, al moest het meestal wel in onze ene pan en op ons ene pitje kunnen, tenzij we op een wat grotere camping stonden, waar altijd wel een keuken is met kookplaten en soms zelfs potten en pannen.
En dan is er nog het heerlijke schepijs van het merk Tip Top, wat in elk dorpje, hoe klein dan ook, te koop is in zoveel lekkere smaken dat we ze niet eens allemaal geprobeerd hebben. En overal krijg je een zeer royale portie voor een redelijke prijs (een 'single scoop' is vergelijkbaar met drie bolletjes in Nederland en dat voor zo'n € 0.80).

KOSTEN
Nieuw-Zeeland is over het algemeen iets goedkoper dan Nederland. Onze grootste kostenpost was de huurauto. Vergeleken met ander landen is het huren van een auto goedkoop, maar doordat wij hier in het hoogseizoen waren en de auto zeven weken nodig hadden, was het al met al een behoorlijk bedrag. Maar het alternatief, reizen met bussen, is ook niet goedkoop en doordat we een auto hadden, konden we in ieder geval iedere avond kamperen. Hierdoor waren onze overnachtingskosten niet hoger dan in Zuid Amerika. En doordat we zelf gekookt hebben, vielen de totale kosten voor het levensonderhoud erg mee.
Alle Nationale Parken zijn gratis toegankelijk en met uitzondering van de Great Walks kun je tijdens het wandelen gratis kamperen.
Wel duur zijn de speciale activiteiten waar Nieuw-Zeeland bekend om staat (zoals zeekajakken, heli-wandelen, walvissen kijken, jetboaten), maar wij hebben deze gelaten voor wat ze zijn.
Enkele prijsvoorbeelden:
- huurauto (Toyota Corolla): € 20 per dag
- benzine: ± € 0.60 per liter
- camping: ± € 2.50 - € 5 p.p. per nacht

STEMMING
Deze zeven weken voelden echt als vakantie. Nieuw-Zeeland is een erg gemakkelijk reisland met alle voorzieningen die je nodig hebt binnen handbereik. En het hebben van een auto gaf ons een enorm gevoel van vrijheid en onafhankelijkheid. Voor het eerst deze reis hadden we ook een heel relaxed gevoel omdat we een deel van de hoogtepunten van dit land al gezien hadden en daardoor een minder strak reisschema hadden.
Omdat we deze keer in het hoogseizoen reisden hadden we ons van tevoren wel zorgen gemaakt om de drukte, maar dit is ons erg meegevallen, hoewel het zeker drukker was dan de vorige keer. Overigens kwamen we verbazend veel Nederlanders tegen.
Het was heel leuk en bijzonder om zo ver van huis vrienden uit Nederland te ontmoeten. Ook hebben we regelmatig naar Nederland kunnen bellen, omdat dat hiervandaan goedkoop is. Hierdoor leek Nederland voor het eerst deze reis weer wat dichterbij. En doordat de Nieuw-Zeelanders een vergelijkbaar leven leiden als wij thuis en dingen doen die wij tijdens het reizen het meest missen (zoals tuinieren, gezellige dingen in huis, leuke kleren kopen), zijn we weer vaker gaan denken aan ons leven in Nederland. Maar voorlopig kijken we nog steeds uit naar alle landen die gaan komen. Wel zullen we Nieuw-Zeeland, net als de vorige keer, weer met een gevoel van spijt verlaten.

WIST U DAT...



  • we bij het afhalen van onze huurauto op het parkeerterrein onze huurauto van drie jaar geleden meenden te herkennen?
  • het hem bij nadere inspectie van het nummerbord ook nog bleek te zijn!?
  • dit ons erg verbaasde omdat we vanwege de leeftijd van de auto toen al dachten één van de laatste huurders te zullen zijn?
  • één van de 'landmarks' van Auckland One Tree Hill is?
  • vanwege vroegtijdig overlijden van de boom 'No Tree Hill' nu een betere naam zou zijn?
  • veel supermarkten een schap hebben met Nederlandse producten, variërend van boerenkool tot hagelslag en van zilveruitjes tot bokkepootjes?
  • wij alleen bezweken zijn voor salmiakpastilles en Bolletje beschuiten?
  • een geweldige service in Nieuw-Zeeland de overal aanwezige, gratis openbare toiletten zijn?
  • het voor ons extra bijzonder was dat we, na Zuid Amerika, toiletpapier weer gewoon mochten doorspoelen?
  • onze nieuwe tent beesten lijkt aan te trekken?
  • hij achtereenvolgens besprongen is door een kat, een possum en diverse vogels waaronder een kea (bergpapegaai), stuk voor stuk beesten met scherpe klauwen en/of snavels?
  • we het dan nog niet eens gehad hebben over de grote aantallen sandflies?
  • deze kleine, bijtende vliegjes ons regelmatig dwongen vroegtijdig de tent in te vluchten?
  • Nieuw-Zeeland in de ban is van de ring?
  • een populaire attractie het bezoeken van de vele 'Lord of the Rings'-filmlokaties is, die verspreid liggen door het hele land?
  • je de kastelen en ruïnes er dan wel bij moet denken omdat die digitaal zijn toegevoegd?
  • de DoC waarschuwde voor nestelende valken in de Reesvallei die trekkers hadden aangevallen?
  • de vervolgwaarschuwing luidde: denk eraan, valken zijn beschermde dieren, dus het is verboden ze weg te slaan?
  • DoC's oplossing was: draag uw rugzak op het hoofd?
  • een groot verschil met Zuid Amerika is dat er hier nauwelijks afval op straat en langs de wandelpaden ligt?
  • de slogan 'be a tidy kiwi' die je regelmatig tegenkomt blijkbaar werkt?
  • Nieuw-Zeeland door Lonely Planet ('s werelds grootste reisgidsen-uitgeverij) voor het tweede achtereenvolgende jaar als 's werelds beste reisbestemming is gekozen?
  • wij ons goed kunnen voorstellen waarom?

PLANNING
Op 15 februari vliegen we naar onze volgende bestemming Down Under: Australië. De eerste twee weken gaan we naar Tasmanië en daarna hebben we ongeveer anderhalve maand uitgetrokken voor de westkust.


See you later vanuit NZ,

Gerbert en José