25 november 2009

Argentinië



25 november 2009


We zijn inmiddels net een week in Argentinië, maar ons paspoort is al 9 stempels rijker en onze wereldkaart (zie onderaan deze blog) twee nieuwe landen. Argentinië zelf hoort daar niet bij, want daar waren we in 2003 al even geweest. In deze eerste week hebben we bovendien al zo´n 70 (!) uur doorgebracht in vervoermiddelen, waarvan ruim 45 uur in lange-afstandsbussen, want Argentinië is een erg groot land.

We begonnen onze reis in Buenos Aires, waar we één dag het nuttige met het aangename verenigden. Terwijl we door de stad liepen en de vele mooie gebouwen bekeken (Casa Rosada, Congreso, Teatro Colón), regelden we onderweg wat praktische zaken (buskaartjes, bootkaartjes, geld, campinggas). We zaten heerlijk in de zon op de Plaza de Mayo onder de bloeiende jacaranda´s en aten ons eerste dulce de leche (soort caramel, de lokale lekkernij) ijsje. En we staken een aantal keer de breedste straat ter wereld over: 16 rijbanen middenin de stad.

De volgende dag namen we een boot naar Uruguay, over de hier 50 km brede Rio de la Plata, naar Colonia del Sacramento. Omdat we laat waren met het kopen van een kaartje, waren er alleen nog kaartjes voor de ´Especial´ klasse beschikbaar. Dit betekende dat we via de VIP room in een speciale ruimte op de boot terechtkwamen waar de champagne al stond te wachten. Hoewel we met onze reiskleding, bergschoenen en rugzakjes enigszins uit de toon vielen, zouden wij aan deze luxe best kunnen wennen!

Colonia is een oud, koloniaal plaatsje dat op de Unesco werelderfgoedlijst staat. We liepen over de keien-straatjes langs kleurige huisjes en vervolgens over de strandjes aan de Rio de la Plata. De omgeving en het weer leken bijna tropisch en we zagen kolibri´s en parkieten. Op de terugweg hadden we een 1e klasse ticket, een lichte tegenvaller (nog net niet tussen het gepeupel, maar helaas geen champagne...).

We namen een nachtbus naar Puerto Iguazu, in het uiterste noordoosten van Argentinië, op de grens met Brazilië en Paraguay. De bus deed ongeveer 20 uur over de 1300 km. We waren hier om iets te zien wat al lang op ons wensenlijstje stond: de Iguazu watervallen. Deze watervallen staan samen met de Victoria Falls in Zimbabwe bekend als de mooiste watervallen ter wereld. We hebben ze nu beiden gezien en Iguazu was zeker erg indrukwekkend! Over een breedte van 2 kilometer stort de Iguazu rivier zich zo´n 80 meter naar beneden. Rond de watervallen ligt een regenwoud met veel mooie vlinders en tropische vogels (o.a. toekans). We hebben de watervallen van zowel de Argentijnse als de Braziliaanse kant bekeken. In beide landen zijn veel uitzichtpunten met zeer fraaie uitzichten op steeds weer andere delen van de waterval, soms zo dichtbij dat je doorweekt raakt van de spray. De eerste dag raakten we ook doorweekt van de tropische stortbuien, de tweede dag hadden we zon, waardoor de vele kleurige vlinders om ons heen fladderden en regelmatig op ons landden.

En gisteren hebben we een bus genomen die ons in ruim 24 uur naar Salta heeft gebracht, een koloniale stad in het noordwesten van Argentinië. Hier gaan we de komende dagen de omgeving bekijken.


3 december 2009

Salta is een mooie stad met veel koloniale gebouwen, gelegen rond een centraal plein met bankjes en palmen, zoals in veel Midden en Zuid Amerikaanse steden. Om de omgeving van Salta wat beter te kunnen bekijken, huurden we voor vier dagen een auto.
We reden eerst naar het noorden, naar de Quebrada de Humahuaca, een droog dal omgeven door door erosie gevormde rotsen in allerlei kleuren. Overal in het landschap stonden grote cactussen. In de vallei, die trouwens op de Unesco werelderfgoedlijst staat, liggen kleine plaatsjes met onverharde straatjes en huisjes en inwoners die meer aan de noordelijke Andeslanden doen denken (Bolivia, Peru, Ecuador). We overnachtten in één van die plaatsjes en aten lama en quinoa.

De volgende dag reden we via een pas van 4170 meter naar de Salinas Grandes, een grote zoutvlakte. We zagen onderweg regelmatig vicuña´s en guanaco´s (wilde lama´s). De zoutvlakte op zich viel een beetje tegen (vooral vergeleken met Uyuni in Bolivia), maar het hoogvlakte-landschap was weer indrukwekkend mooi. Helaas rijden Argentijnen zeker niet voorzichtig, waardoor wij een grote opspattende steen op de voorruit kregen met als resultaat twee grote sterren. En daar kun je huurauto´s in Argentinië niet voor verzekeren. Dat werd dus een financiële domper op ons koperen huwelijksfeest... We reden terug naar Salta en vierden ons feestje verder op de camping met een kaasfondue met Argentijnse wijn en Chileense Pisco Sour.

Daarna gingen we het landschap ten zuiden van Salta verkennen, namelijk de Quebrada de Cafayate. Meer, maar andere rode rotsen in allerlei vormen, waar we tussendoor reden. Het leek een beetje op Zion NP in de USA. Het was heerlijk zonnig en superwarm, minstens 35°C, zoals alle dagen dat wij in Salta en omgeving waren. We stopten in Cafayate, het noordelijkste wijngebied van Argentinië, voor een ijsje. En dat werd dus een wijnijsje in de smaken Torrontés en Cabernet Sauvignon, erg lekker! Daarna moesten we 150 km onverharde weg rijden, naar Cachi. Onze Opel Corsa kon het maar net aan, met soms diepe, zandige stukken en soms veel stenen, maar het prachtige, verlaten woestijnlandschap maakte alles goed. In Cachi vonden we een leuke camping en aten we ´s avonds (dat betekent in Argentinië vanaf een uur of negen) op het sfeervol verlichte en gezellig drukke dorpsplein.

Vanuit Cachi reden we terug naar Salta via Los Cardones NP, een gebied vol enorme, metershoge kandelaar-cactussen. Tussen de cactussen door hadden we uitzicht op 6300 meter hoge bergen en we zagen vicuña´s en condors.


Daarna was het tijd voor alweer een lange busrit, in 20 uur naar Mendoza, een stad middenin Argentinië´s grootste en bekendste wijngebied. Daar hebben we eergisteren fietsen gehuurd en door de wijngaarden van Maipu gereden, met onderweg de nodige rondleidingen en proeverijen. De Malbec smaakte goed, zelfs om 11 uur ´s ochtends. Na verschillende uitgebreide proeverijen kregen we het laatste glas wijn van de dag aangeboden bij het inleveren van de huurfietsen. En toen waren we blij dat we het laatste stuk met de bus naar de stad terug konden.

Na alweer een lange busrit (zo´n 20 uur) zijn we nu in Bariloche, een toeristische plaats in Argeninië´s Lake District met z´n felblauwe meren en besneeuwde bergtoppen. Hier hadden we goede herinneringen liggen van ons vorige bezoek, exact 6 jaar geleden. Nu gaan we de omgeving wat uitgebreider bekijken.

We zijn hier gedwongen om vrijwel uitsluitend Spaans te spreken omdat de meeste Argentijnen niets anders kunnen. En dat we het Spaans goed genoeg beheersen (in ieder geval de getallen) blijkt wel uit het feit dat José de bingo (!) in de Andesmar bus naar Bariloche won: een fles Chardonnay en een applaus van de hele bus.


10 december 2009

Bariloche ligt in een prachtige omgeving met felblauwe meren omgeven door besneeuwde bergtoppen en nu in het voorjaar geelbloeiende brem. We hebben een dag mountain bikes gehuurd om het Circuito Chico te fietsen, een rondje van zo´n 60 kilometer langs een aantal meren met mooie uitzichtpunten. Bariloche is een toeristisch plaatsje omdat het in een bekend wintersportgebied ligt waar zomers veel gewandeld wordt, een beetje vergelijkbaar met de Alpen. Daarnaast staat het bekend om z´n lekkere chocolade. We hadden ons er al op verheugd en na diverse bezoeken aan de vele chocoladewinkels konden we weer concluderen dat dit inderdaad de lekkerste chocolade is die wij ooit hebben gegeten!

We huurden voor drie dagen een auto, nu een ´VW Gol´ (= Polo) en reden de Zeven Meren route van Villa La Angostura naar San Martin de los Andes, een grotendeels onverharde weg langs meren en bergen. In de verte zagen we al onze volgende bestemming liggen, de 3776 meter hoge vulkaan Lanin, die als een grote witte kegel boven het landschap uitstak. Na een nachtje kamperen maakten we een dagwandeling naar de voet van de vulkaan. Aan het begin van de wandeling zagen we de berg prachtig liggen, maar naarmate we verder vorderden, verdween de top steeds meer in de wolken. En eenmaal bij het uitzichtpunt aangekomen, zagen we alleen maar wolken, helaas. Maar de mooie, rustige wandeling langs stroompjes en de bijzonder Araucaria bomen, was sowieso wel de moeite waard.

We reden terug richting Bariloche via een oostelijker gelegen verharde weg door een veel droger landschap met nog steeds mooie meren. De laatste nacht kampeerden we op een droomplek aan een meer met privé-strandje en uitzicht op witte bergtoppen. ´s Avonds bij een kampvuurtje bedachten we dat dit voor ons toch één van de mooiste dingen van reizen is.

In Bariloche leverden we onze auto in, ditmaal gelukkig zonder schade en reisden met de bus in 15 uur naar Puerto Madryn, een havenstad aan Argentinië´s oostkust. Toen we ´s ochtends over de boulevard liepen, lag het strand er nog vrijwel verlaten bij, maar toen ´s middags de temperatuur steeg richting de 30°C veranderde het strand in een Zandvoort-achtig tafereel.

Wij waren niet voor het strand in Puerto Madryn, maar om het Valdes schiereiland te bekijken, een natuurreservaat (en weer een Unesco werelderfgoed!) waar zowel op het land als in het water veel dieren te zien zijn. Gisteren tijdens ons bezoek zagen we onder andere guanaco´s, nandoes (soort struisvogel), gordeldieren, zeeleeuwen, zee-olifanten (Valdes is de enige plek ter wereld waar deze op het vasteland te zien zijn), pinguïns (altijd weer superleuk) en walvissen!! Om deze laatste te bekijken, gingen we met een bootje naar een baai waar gedurend deze tijd van het jaar (nog net, ze vertrekken volgens de gids op 15 december...) de moeders met hun jong rondzwemmen in dit rustige water. We zagen er een stuk of tien, soms op maar 10 meter afstand van de boot en twee zwommen er zelfs onder de boot door, heel indrukwekkend, deze Zuidkapers die ongeveer 16 meter lang worden!

En nu maken we ons weer op voor de volgende busreis. Over ruim 24 uur hopen we in El Calafate aan te komen, in de Patagonische Andes.


17 december 2009

Tijdens een vorig bezoek aan El Calafate hadden wij ervoor gekozen om één van de grootste attracties van de omgeving (en eigenlijk zelfs van heel Argentinië), de Perito Moreno gletsjer, niet te gaan bekijken omdat we a) al veel gletsjers in de regio gezien hadden en b) het een financiële aanslag op ons krappe reisbudget was. De afgelopen jaren hebben we regelmatig spijt gehad van deze keuze als de Perito Moreno weer eens omschreven werd als één van de mooiste, spectaculairste gletsjers ter wereld. Deze nieuwe kans voor een bezoek hebben we dan ook niet laten lopen.
En de gletsjer is inderdaad enorm spectaculair: op een schiereiland kun je tot vlak voor de 60 meter hoge ijstorens komen, waar regelmatig enorme ijsbrokken afbreken die met veel geweld en lawaai in het water van Lago Argentino vallen.

Daarna hebben we twee dagen gewandeld in een ander deel van Nationaal Park Los Glaciares, waar ruim 3000 meter hoge, steile rotspieken oprijzen uit de Patagonische vlakte. Op beide wandeldagen hadden we prachtig uitzicht op deze rotspieken (we hadden geluk, ze kwamen regelmatig uit de wolken tevoorschijn), gletsjers en meertjes vol ijsschotsen.

Omdat we nog een paar dagen over hadden, toch in de buurt waren, veel zin hadden in Pisco Sour en Cola de Mono en vooral vlakbij Torres del Paine waren, ons favoriete Nationaal Park in Zuid Amerika, besloten we om even Chili binnen te wippen.
De afgelopen twee dagen hebben we dus gewandeld in Torres del Paine, met nog meer prachtige felblauwe meren, gletsjers en grillige bergpieken. Met als extra ingrediënt de daar vrijwel altijd aanwezige harde wind (± 80 km/h) die het kamperen tot een uitdaging maakte. Gelukkig hadden we onze favoriete Chileense drankjes in de rugzak meegenomen om ons in de tent warm te houden...

Morgen zit ons Chili-uitstapje er helaas alweer op (het bevalt ons erg goed hier) en reizen we door naar het eind van de wereld, Ushuaia, op het Argentijnse deel van Vuurland. Dit is tevens onze laatste reisbestemming vóór we terugvliegen naar Buenos Aires.