Van 1 tot 30 november 2014 hebben wij gefietst in Taiwan. Waarom Taiwan? Omdat we een bestemming zochten waar het in november mooi weer was, die veilig en niet al te ingewikkeld was en waar we goed konden kamperen en wandelen. Bovendien hadden we een paar jaar geleden in Japan gefietst en dat was ons erg goed bevallen: een bijzondere cultuur gecombineerd met westerse voorzieningen, maar met weinig westerse toeristen. Ditzelfde hoopten we in Taiwan ook te vinden en dat is redelijk gelukt.
We wilden niet persé een fietsvakantie, maar we hadden begrepen dat Taiwan erg geschikt is om te fietsen. Bovendien leken de afstanden in eerste instantie goed te doen. Achteraf vielen beide dingen een beetje tegen. Er waren wel veel fietspaden, maar zelden op doorgaande trajecten, veel vaker kleine lokale rondjes. Ook moesten we een behoorlijke afstand fietsen om het eiland rond te komen, bijna 1500 kilometer in drie weken, waardoor er weinig tijd was voor rustdagen. Daar kwam nog eens bij dat de dagen in november relatief kort zijn, zodat we al vroeg moesten stoppen met fietsen om een kampeerplekje te zoeken.
Bij Taiwan denk je misschien aan een dichtbevolkt eiland vol grote steden, maar dat viel dan weer erg mee. De grote steden liggen vooral aan de westkust, de oostkust is juist behoorlijk rustig en over de hele lengte van het eiland loopt een hoge bergketen met bergen tot 4000 meter hoog! Er is dus veel mooie natuur.
We hadden begrepen dat er relatief veel campings zijn in Taiwan en die zijn er ook wel, maar die waren lastig te vinden of lagen ver buiten onze route, zodat we vrijwel iedere nacht wild gekampeerd hebben.
Ook de combinatie van wandelen en fietsen viel tegen, zoals we wel vaker gemerkt hebben tijdens fietsvakanties. Met de fiets kom je meestal niet langs de mooiste wandel-locaties en als je toch al weinig tijd hebt kun je het je vaak niet veroorloven om daar grote omwegen voor te maken. Bovendien liggen in Taiwan de mooiste wandelingen hoog in de bergen en dat zijn zeker niet de gemakkelijkste fietsroutes.
Wat wel weer meezat waren de voorzieningen en dan met name de supermarktjes. Vaak kwamen we meerdere keren per dag langs een convenience store (zoals 7-Eleven en Family Mart). Grotere supermarkten waren er alleen in de grote steden. De convenience stores hebben wel altijd hetzelfde, beperkte assortiment, maar in Taiwan waren er bijna altijd ook tafels en stoelen, waar je even lekker kon zitten om van de net gekochte drankjes of maaltijd te genieten.
Het weer heeft onze route erg beïnvloed. Van tevoren hadden we begrepen dat november qua weer een ideale fietstijd is, maar naarmate de reis dichterbij kwam, kwamen we er achter dat dat niet voor het hele eiland geldt. En toen we aan onze route begonnen, werd er voor de hele oostkust een week lang zeer veel regen en wind voorspeld, zodat we min of meer gedwongen waren om in het drukke westen te beginnen, een stuk dat we eigenlijk hadden willen overslaan. Door onze routeplanning gaandeweg een beetje aan te passen, hebben we al met al toch redelijk weer gehad. Met name in het westen was het heerlijk warm en zonnig, zo rond de 30°C. In het oosten hebben we iets minder warm weer gehad, maar eigenlijk slechts één echte regendag tijdens het fietsen. Wel zat de windrichting vaak tegen, zowel in het oosten als in het westen en het kan dan zeker op de kustwegen onaangenaam hard waaien. De laatste week in Taipei was het weer heerlijk warm en zonnig.
De wegen waren behoorlijk goed om te fietsen, met mooi asfalt en verrassend weinig troep (zoals glas en afval). Wel waren ook de kleinere wegen op de kaart soms meerbaans, zodat je op een soort vluchtstrook fietste, al was het meestal niet erg druk. Het allervervelendste waren de tunnels, met name langs de oostkust.
De Taiwanezen waren erg vriendelijk en open, zeker vergeleken met andere oost-Aziaten. Hun kennis van de Engelse taal was helaas wel vergelijkbaar met die van andere oost-Aziaten, wat wil zeggen dat er niet of nauwelijks Engels werd gesproken, zelfs niet in hotels of toeristen-info’s. Wel zwaaiden veel mensen vriendelijk, gingen auto’s langzamer rijden en werden er (Chinese) aanmoedigingen uit het raam geroepen.
Taiwan deed ons denken aan een ontwikkelder versie van China, maar wel minder modern dan Zuid Korea of Japan. Het was een leuk en verrassend land, met zowel cultuur (tempels, hot springs) als een afwisselende natuur (mooie kust, hoge bergen). Desondanks waren er aangenaam weinig westerse toeristen. Wel veel Chinese toeristen trouwens.
Het fietsen zelf was goed te doen, al was het achteraf misschien nog leuker geweest om de drukke doorgaande routes met het OV af te leggen en op de mooie plekken voor één of meer dagen een fiets te huren, wat in het land van Giant een heel goede optie is. Dan hadden we wat meer tijd gehad om te wandelen, want daarvoor is Taiwan erg geschikt en dat is er nu te veel bij ingeschoten. Misschien iets voor de volgende keer?
REISROUTE
Taoyuan – Shitan - Taian hot springs – Daping – Sun Moon Lake – Meishan – Tainan – Dapeng Bay – Kenting – Daren – East Coast weg 197 – East Coast weg 9 – Hualien – Taroko Gorge – Dongao – Northern Cross Island Highway – Fuxing – Taipei – Taoyuan
De eerste kilometers van het vliegveld naar Taoyuan: direct een exotische omgeving!
Bij Taiwan denk je misschien aan een dichtbevolkt eiland vol grote steden, maar dat viel dan weer erg mee. De grote steden liggen vooral aan de westkust, de oostkust is juist behoorlijk rustig en over de hele lengte van het eiland loopt een hoge bergketen met bergen tot 4000 meter hoog! Er is dus veel mooie natuur.
We hadden begrepen dat er relatief veel campings zijn in Taiwan en die zijn er ook wel, maar die waren lastig te vinden of lagen ver buiten onze route, zodat we vrijwel iedere nacht wild gekampeerd hebben.
Wat wel weer meezat waren de voorzieningen en dan met name de supermarktjes. Vaak kwamen we meerdere keren per dag langs een convenience store (zoals 7-Eleven en Family Mart). Grotere supermarkten waren er alleen in de grote steden. De convenience stores hebben wel altijd hetzelfde, beperkte assortiment, maar in Taiwan waren er bijna altijd ook tafels en stoelen, waar je even lekker kon zitten om van de net gekochte drankjes of maaltijd te genieten.
Het weer heeft onze route erg beïnvloed. Van tevoren hadden we begrepen dat november qua weer een ideale fietstijd is, maar naarmate de reis dichterbij kwam, kwamen we er achter dat dat niet voor het hele eiland geldt. En toen we aan onze route begonnen, werd er voor de hele oostkust een week lang zeer veel regen en wind voorspeld, zodat we min of meer gedwongen waren om in het drukke westen te beginnen, een stuk dat we eigenlijk hadden willen overslaan. Door onze routeplanning gaandeweg een beetje aan te passen, hebben we al met al toch redelijk weer gehad. Met name in het westen was het heerlijk warm en zonnig, zo rond de 30°C. In het oosten hebben we iets minder warm weer gehad, maar eigenlijk slechts één echte regendag tijdens het fietsen. Wel zat de windrichting vaak tegen, zowel in het oosten als in het westen en het kan dan zeker op de kustwegen onaangenaam hard waaien. De laatste week in Taipei was het weer heerlijk warm en zonnig.
De wegen waren behoorlijk goed om te fietsen, met mooi asfalt en verrassend weinig troep (zoals glas en afval). Wel waren ook de kleinere wegen op de kaart soms meerbaans, zodat je op een soort vluchtstrook fietste, al was het meestal niet erg druk. Het allervervelendste waren de tunnels, met name langs de oostkust.
De Taiwanezen waren erg vriendelijk en open, zeker vergeleken met andere oost-Aziaten. Hun kennis van de Engelse taal was helaas wel vergelijkbaar met die van andere oost-Aziaten, wat wil zeggen dat er niet of nauwelijks Engels werd gesproken, zelfs niet in hotels of toeristen-info’s. Wel zwaaiden veel mensen vriendelijk, gingen auto’s langzamer rijden en werden er (Chinese) aanmoedigingen uit het raam geroepen.
Taiwan deed ons denken aan een ontwikkelder versie van China, maar wel minder modern dan Zuid Korea of Japan. Het was een leuk en verrassend land, met zowel cultuur (tempels, hot springs) als een afwisselende natuur (mooie kust, hoge bergen). Desondanks waren er aangenaam weinig westerse toeristen. Wel veel Chinese toeristen trouwens.
REISROUTE
Taoyuan – Shitan - Taian hot springs – Daping – Sun Moon Lake – Meishan – Tainan – Dapeng Bay – Kenting – Daren – East Coast weg 197 – East Coast weg 9 – Hualien – Taroko Gorge – Dongao – Northern Cross Island Highway – Fuxing – Taipei – Taoyuan
De volgende dag fietsten we vanuit Taoyuan naar het zuiden en lunchten sushi bij de grote Boeddha van Emei Lake.
Ondanks de vele bussen met toeristen was het prachtig fietsen in de kloof.
Elke avond liepen we door Taipei op zoek naar iets lekkers te eten. Net als een groot deel van de lokale bevolking trouwens, het was iedere avond enorm druk op straat. Er zijn in Taiwan veel straatstalletjes.
Dit onsmakelijke idee spoelden we maar snel weg met wat lekkere, zoete, luchtige (aardappel?)balletjes.
Ook proefden we het Taiwanese baobing ijs: een enorme berg geschaafd ijs met keuze uit verschillende toppings zoals tapioca-balletjes, taro-puree, bonen, gelei-blokjes en saus. Heel bijzonder en lekker!
We hadden ons nog veel langer kunnen vermaken in Taipei en omgeving, maar helaas was het na vier dagen alweer tijd om terug te fietsen naar het vliegveld in Taoyuan, zo'n 50 kilometer van Taipei, vanwaar we met Emirates via Dubai (met prachtig zicht op het hoogste gebouw ter wereld!) terugvlogen naar Amsterdam.